Vittorio Ghirelli, Alon Day en Hendriks Motorsport kampioenen van 2020

Foto credit: Bart Dehaese

Op de koude zondagochtend in Spanje werd om het EuroNASCAR 2 kampioenschap gestreden tussen twee Hendriks Motorsport teamgenoten. Tobias Dauenhauer kwam de laatste race van het seizoen in met een voorsprong van acht punten op Vittorio Ghirelli en de Duitser stond op pole positie met naast hem Vladimiros Tziortzis. Ghirelli moest vanaf positie negen zich naar voren werken om het gevecht met Dauenhauer aan te gaan.

Dauenhauer behield de leiding bij de start van de race. Nicholas Risitano ging Tziortzis voorbij voor de tweede plek, terwijl Dylan Derdaele in de grindbak spinde met schade, nadat de Belg kort op de derde positie had gelegen. Ghirelli had een geweldige openingsronde en ging van P9 naar P4. De Safety Car pikte het veld op, terwijl de marshals de No. 98 CAAL Mustang op een veilige plek neerzetten. Mirco Schultis ging naar de pits met pech en zou zeventiende worden op een ronde achterstand.

Bij de herstart met nog tien ronden te gaan, raakte Martin Doubek Francesco Garisto middenin het veld en er vloog wat bodywork rond, maar beiden konden zonder posities te verliezen hun weg vervolgen naar uiteindelijk een achtste en elfde plaats, respectievelijk. Dauenhauer hield Risitano achter zich, terwijl Tziortzis Brigatti en Ghirelli aan zich voorbij zag gaan.

Terwijl Tziortzis en Brigatti om de vierde plek bleven strijden, haalde Ghirelli Risitano in en zo werd het een regelrecht gevecht om het EuroNASCAR 2 kampioenschap tussen hem en Dauenhauer. Julia Landauer spinde vanaf P6 in de eerste bocht en daar was iedereen op gefocust, toen plots Ghirelli voor Dauenhauer verscheen. De Italiaan had de leiding van de race overgenomen en nam de positie om het kampioenschap te winnen in. De pace zat er niet meer in bij de rijder van de No. 50 Hendriks Ford en hij viel terug naar de vierde plaats.

Giovanni Trione reed in de top tien en was in gevecht met de gelapte No. 70 Mishumotors Chevrolet van Mirco Schultis. De twee raakten elkaar en Triones seizoen eindigde in de grindbak. Ondanks een straf van tien seconden voor het inhalen buiten de baan, wist Vittorio Ghirelli met een voorsprong van vijf seconden de race te winnen voor Risitano en Tziortzis. De No. 18 Hendriks Ford-coureur mag zichzelf een Whelen Euro Series kampioen noemen met het winnen van de EuroNASCAR 2 titel.

Dauenhauer – die nog wel de Rookie Trophy titel pakte – Brigatti, Pilate, Talor, Doubek, Lintukanto en Landauer finishten in de top tien. Arianna Casoli won de Legend Trophy, terwijl Julia Landauer de beste was van de ‘Ladies’ in 2020.

In de middag werden de laatste twee EuroNASCAR PRO dubbele punten races verreden. Kampioenschapsleider Alon Day stond op pole positie voor Final 1 en deelde de voorste rij met Loris Hezemans voor Stienes Longin en Giorgio Maggi. Ander Vilariño startte als vijfde en na al een paar bochten kwam er rook uit zijn No. 48 DF1 – Marko Stipp auto en de Spanjaard viel uiteindelijk rond het halverwege punt van de race uit. Het hele weekend werd dat team geplaagd door motorproblemen. Olivier Hart begon de race als zesde en schoof op naar P4, nadat hij en Stienes Longin elkaar raakte in bocht drie. De Belg lag uit de race en maakte niet meer kans op de titel.

Alon Day had de leiding na een chaotische openingsronde met drie Hendriks Motorsport Mustangs achter hem. Mauro Trione had een klapband en schade aan de rechtervoorkant en de Safety Car kwam op de baan, zodat marshals veilig de rotzooi konden opruimen. Day behield de leiding bij de herstart die volgde, terwijl Maggi zakte van de derde naar de elfde plek. Drama was er toen voor Loris Hezemans. Iets in de transmissie brak af, waardoor de Ford in de derde versnelling bleef hangen en de Nederlander kwam over de finish als twaalfde.

Hart profiteerde van de problemen van zijn teamgenoten en schoof op naar P2 met Lasse Sørensen achter hem die stilletjes van plek elf naar drie was gereden. Nicolò Rocca liep een lekke rechtervoorband op en viel terug van de zesde naar de vijftiende plek. Vooraan domineerde Day en de rijder van de No. 24 pakte zege nummer 24. Met een tweede finishplaats door een tijdstraf voor Hart voor track limits, hield Sørensen zijn kampioenschapskansen in leven. Lucas Lasserre maakte het podium af voor Ercoli, Goossens, Maggi, Kunz, Hart, Dallara en Sini.

Als Sørensen Final 2 zou winnen met de bonuspunten voor de meeste inhaalacties, moest Day vijfde of hoger finishen. Ercoli maakte alleen nog kans op het kampioenschap, als Day buiten de top veertien zou eindigen. Net als in de eerste PRO Final stonden Day en Hezemans vooraan voor de start. Sørensen en Thomas Ferrando schoven op naar plekken drie en vier in de openingsronde, terwijl Longin van achteraan naar plek negen kwam. Ercoli’s race was al gauw voorbij, toen hij tegen CAAL Racing teamgenoot Mauro Trione crashte in de Adrián Campos bocht en dat zorgde voor een Safety Car periode.

Bij de herstart pakte Hezemans de leiding af van Day en ook Sørensen haalde zijn rivaal in. Achter hen werd Ferrando in de rondte getikt door Maggi. De Zwitser stond met schade vast in de grindbak en ook Longin was bij de crash betrokken en viel uit. Ferrando kon nog door en wist nog bijna in de top vijf te finishen. Problemen waren er ook voor Goossens die twee keer van de baan schoot en hij was één van de uiteindelijk acht uitvallers. Hart bracht zijn Ford terug naar de pits met een opgeblazen motor.

Hezemans begon zijn leiding uit te breiden. In een poging om Sørensen voorbij te steken, verloor Day zijn podiumpositie aan Rocca. Justin Kunz en Dario Caso waren in strijd om de zevende plek, maar crashten in de Aspar bocht. Caso’s race was voorbij, maar Kunz kon door en eindigde op P12 na een drive-through penalty. Hezemans won de laatste race van 2020 en werd vergezeld op het podium door DF1 Racing rijders Sørensen – die uitgeroepen werd tot Junior-klasse kampioen – en Rocca.

Alon Day kwam over de streep als vierde en zijn derde NASCAR Whelen Euro Series titel was een feit. Na Ander Vilariño is de Israëliër de tweede rijder ooit om drie EuroNASCAR kampioenschappen te bemachtigen. Davide Dallara werd tijdens het openingsweekend in Vallelunga onverwachts van EuroNASCAR 2 naar PRO gepromoveerd en de Not Only Motorsport-coureur pakte de Challenger Trophy titel.

Loris Hezemans is derde geworden in de PRO classificatie, Tobias Dauenhauer tweede in zijn klasse en met extra punten van de Esports evenementen in het voorjaar, pakte Hendriks Motorsport met de No. 50 Ford Mustang voor het tweede jaar op rij de titel bij de teams.

Zo kwam een spectaculair seizoen ten einde met acht races op Circuit Ricardo Tormo in Valencia, Spanje in drie dagen. De eerste ronde van 2021 zal op hetzelfde circuit van start gaan op 17 april.